Chronisch ZorgNet

Kwaliteitssysteem

In 2015 heeft Chronisch ZorgNet het Kwaliteitssysteem geïntroduceerd. Dit is een database waarin geanonimiseerde patiënt- en behandelgegevens van patiënten met niet-overdraagbare chronische aandoeningen worden verzameld. Om deze database tot stand te brengen, heeft Chronisch ZorgNet een samenwerking met de Landelijke Database Fysiotherapie (LDF) van het KNGF. Chronisch ZorgNet therapeuten sturen maandelijks data vanuit hun elektronisch patiëntendossier (EPD) naar de LDF. Vanuit de LDF worden de data van patiënten met niet-overdraagbare chronische aandoeningen in het Kwaliteitssysteem verzameld.

Met het Kwaliteitssysteem streeft Chronisch ZorgNet naar transparantie van behandelresultaten, waarmee de kwaliteit van de zorg geborgd en verbeterd kan worden. Chronisch ZorgNet therapeuten krijgen in hun persoonlijke Portfolio een terugkoppeling van de data uit het Kwaliteitssysteem. Ze kunnen hun eigen (behandel)resultaten vergelijken met regionale en landelijke gemiddelden. Op deze manier krijgt de therapeut inzicht in de effecten van zijn/haar handelen.

De transparantie van (behandel)resultaten biedt Chronisch ZorgNet de mogelijkheid om de zorg voor patiënten met niet-overdraagbare chronische aandoeningen te verbeteren. Dit doet Chronisch ZorgNet middels lering en sturing op basis van data uit het Kwaliteitssysteem. Hiermee creëert Chronisch ZorgNet een unieke leer- en verbetercultuur, bijvoorbeeld door verspreiding van nieuwe kennis via o.a. nieuwsbrieven, scholing en het Congres.

De data die beschikbaar zijn in het Kwaliteitssysteem worden tevens gebruikt voor onderzoeksdoeleinden. Met behulp van de data worden o.a. de meerwaarde van beweegtherapie en leefstijlbegeleiding door een Chronisch ZorgNet therapeut aangetoond. Daarnaast zijn de beschikbare data gebruikt om het KomPas te ontwikkelen; een online tool die een individuele voorspelling geeft van het behandelresultaat, op basis van persoonsgegevens van de patiënt.

De Chronisch ZorgNet therapeut zorgt voor de aanwas van data. Therapeuten nemen gedurende de duur van het traject elke drie maanden een set van klinimetrie af bij de patiënten. De administratielast wordt zo laag mogelijk gehouden, waarbij het aantal te gebruiken klinimetrie tot een minimum beperkt wordt. Wetenschappelijk onderzoek wordt gebruikt om klinimetrie vorm te geven en deze te optimaliseren op basis van de meest recente wetenschappelijke inzichten. Zo kunnen kortere vragenlijsten gevalideerd worden die vervolgens tijdrovende vragenlijsten kunnen vervangen. Op basis van feedback uit de praktijk en wetenschappelijke inzichten wordt het Kwaliteitssysteem continu verbeterd.