Marian de van der Schueren
Samenwerking tussen paramedici, hoe belangrijk is dit?
Er is steeds meer aandacht voor interdisciplinaire samenwerking in de wijk. Ouderen wonen langer thuis en hebben steeds vaker één of meer chronische ziekten onder de leden. De verwachting is dat interdisciplinaire paramedische zorg de tweedelijns medische zorg last kan ontlasten, kostenbesparend werkt, en leidt tot betere participatie en een betere kwaliteit van leven bij de cliënten.
Recent onderzoek naar herstel na Covid laat zien dat er vaak wel sprake is van betrokkenheid van meerdere paramedische disciplines bij één cliënt, maar dat dat niet per definitie betekent dat er ook optimaal wordt samengewerkt. Vaak waren fysiotherapeuten betrokken, maar verwezen zij niet naar andere disciplines. En als er al meerdere disciplines betrokken waren, dan werd niet per definitie een gezamenlijk behandelplan geformuleerd (wel naast elkaar, maar niet met elkaar). In de samenwerking valt dus nog een wereld te winnen en het is de verwachting dat hieraan de komende tijd ook veel tijd en aandacht voor zal zijn, o.a. in het kader van de juiste zorg op de juiste plek en kostenbesparing in de zorg.
Voor een aantal ziektebeelden is er inmiddels voldoende bewijs dat de samenwerking tussen de fysiotherapeut/oefentherapeut en de diëtist een absolute meerwaarde heeft; goede voorbeelden zijn sarcopenie en prehabilitatie voor een grote operatie. In mijn presentatie zal ik, onder andere aan de hand van lopend onderzoek, een aantal voorbeelden belichten van de meerwaarde van interdisciplinaire samenwerking tussen diëtisten en andere paramedische disciplines, in de hoop het publiek te kunnen enthousiasmeren om deze samenwerking in de dagelijkse praktijk op te gaan zoeken.